Vragen aan College inzake wijze van uitvoering groenbeheer in heel Westland

Het College van Burgemeester en Wethouders
van de Gemeente Westland
Postbus 150
2670 AD  NAALDWIJK

18 september 2020

Betreft: schriftelijke vragen aan het College van Burgemeester en Wethouders in het kader van artikel 42 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de Raad 2016 inzake wijze van uitvoering groenbeheer in heel Westland

Vraag 927 2018-2022

Edelachtbaar College,

In onze Burgerkantoren in Naaldwijk en ’s-Gravenzande zijn de afgelopen weken meerdere inwoners geweest die allemaal los van elkaar hetzelfde verhaal vertellen. Ook telefonisch zijn berichten binnengekomen bij onze fractie uit Kwintsheul, Wateringen, ’s-Gravenzande en Naaldwijk over een identiek proces wat wordt waargenomen door waakzame en betrokken inwoners.

Men neemt waar dat ’s ochtends een busje arriveert met personen die het groenonderhoud moeten gaan doen en waarschijnlijk op die dag het perkje in de betreffende kern of een strook langs de wegen en fietspaden op orde moeten brengen. In de regel ziet men geen of nauwelijks activiteiten van de vier of vijf personen die verschijnen en op het einde van de dag wordt er dan snel vijf tot tien minuten iets gedaan, maar zonder echt het groenbeheer te verbeteren, om daarna weer te vertrekken en niet meer terug te keren.

In een aantal gevallen hebben inwoners de betreffende mensen erop aangesproken en deze geven dan aan dat zij betaald worden om het groenbeheer te doen, maar er valt naar hun mening weinig te beheren en de inwoners gaan dan daarmee in discussie en wijzen naar de vaak niet uitziende perken of bermen. Ook komt het voor dat er wel iets gedaan wordt en dat men de troep, niet altijd groen maar ook andere zaken, gewoon achterlaat. Daarop aangesproken, geven de werkende personen dan aan dat zij enkel voor het schoffelen zijn ingehuurd en niet voor het opruimen van de troep.

Het lijkt aan toezicht te ontbreken en dat baart vele inwoners zorgen en maakt hen boos en verdrietig en het geloof in de gemeente brokkelt (nog) verder af.

Dit leidt tot de volgende vragen:

• Herkent het College vorenstaand beeld? Hoeveel meldingen op dit punt zijn er binnen de gemeente binnengekomen in de afgelopen drie maanden?
• Op welke wijze wordt het toezicht geregeld als er zo’n busje met vier à vijf personen verschijnt waar blijkbaar geen toezichthouder bij is, maar ook voor de rest er op die dag niemand vanuit de gemeente komt om te kijken wat er wordt uitgevoerd?
• Wordt het niet tijd dat het College meer grip op dit soort zaken weet te krijgen waardoor ook de kosten meer in de hand gehouden kunnen worden en ook de kwaliteit van het beheer zal toenemen?
• Op welke wijze heeft de gemeente dit soort werkzaamheden georganiseerd?

De fractie van Westland Verstandig verzoekt u de vragen binnen de daarvoor gestelde termijn schriftelijk te beantwoorden.

Hoogachtend,
U e.a.,

Namens de fractie van Westland Verstandig
Peter Duijsens