Vragen aan College inzake mogelijkheid van overleg voordat een omgevingsvergunning wordt verstrekt

Het College van Burgemeester en Wethouders
van de Gemeente Westland
Postbus 150
2670 AD  NAALDWIJK

27 oktober 2020

Betreft: schriftelijke vragen aan het College van Burgemeester en Wethouders in het kader van artikel 42 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de Raad 2016 inzake mogelijkheid van overleg voordat een omgevingsvergunning wordt verstrekt

Vraag 943 2018-2022

Edelachtbaar College,

Onze fractie is benaderd door bewoners van de Geestweg/Boterbloem te Naaldwijk over het navolgende.

De bewoners hebben moeten constateren in de krant dat er blijkbaar een omgevingsvergunning is verleend voor de bouw van 31 bedrijfsunits op het perceel aan de Geestweg nabij 49 te Naaldwijk. Uit de verleende vergunning blijkt dat op vijf punten afgeweken wordt van het geldende bestemmingsplan en ook berekening van het aantal parkeerplaatsen op een niet te volgen wijze heeft plaatsgevonden.

Ook zitten in de vergunning een aantal tegenstrijdigheden. Het was eendeels de bedoeling om 31 opslagruimtes te plaatsen, maar ook wordt gewezen op het feit dat de units ook gebruikt kunnen worden “voor meer intensieve functies”. Dit zou dus kunnen betekenen dat die units gebruikt worden als bedrijfsunits en dat betekent in feite dat er 31 bedrijven vlakbij de woonbebouwing gaan komen.

Uitgaande van de situering van het perceel zou een woonbebouwing ook meer getuigen van een goede ruimtelijke ordening en de vraag is dan ook waarom het College de richting is opgegaan van 31 bedrijfsunits. Erger nog is het dat de bewoners geheel onwetend zijn van het plan, niet betrokken zijn bij de voorbereiding en er ook geen mogelijkheid geweest is om in te spreken. Noch door de gemeente, noch door de bouwer is het initiatief genomen om hen uit te nodigen en met hen te overleggen.

Dit leidt tot de volgende vragen:

• Waarom heeft het College voor deze locatie niet gekozen voor een woonbestemming? Het bestemmingsplan houdt die mogelijkheid ook in.
• Waarom gaat het College dan op vijf punten afwijken van het bestemmingsplan zonder dat er een deugdelijke afweging bij die afwijkingen heeft plaatsgevonden tussen de belangen van de omwonenden en de bouwer?
• Waarom heeft het College geen participatietraject gevolgd en heeft zij ook niet van de bouwer verlangd dat, voordat de aanvrage werd ingediend, met de buurtbewoners overleg gevoerd zou zijn en in ieder geval dat zij gehoord zouden zijn? Is dit laatste niet een noodzaak om een aanvrage in behandeling te nemen?
• Uiteraard hebben de bewoners inmiddels bezwaar gemaakt tegen de verlening van de vergunning. Is het College bereid om, gezien de hiervoor geconstateerde missers, alsnog actie te ondernemen om de verleende vergunning eventueel in te trekken, dan wel overleg te plegen met de initiatiefnemer over een andere invulling van het perceel?
• Het College heeft vorig jaar nog in de begroting opgenomen het hoofdstukje “Bevlogen besturen”. Een citaat, zie pagina 15: “Continu is er aandacht voor een tijdige en volledige informatievoorziening naar inwoners”. Is aan dit stukje bevlogen besturen voldaan als we deze zaak bezien?

De fractie van Westland Verstandig verzoekt u de vragen binnen de daarvoor gestelde termijn schriftelijk te beantwoorden.

Hoogachtend,
U e.a.,

Namens de fractie van Westland Verstandig
Peter Duijsens